Elfstedentocht op de MTB 2013
- Geplaatst door Tom Stobbe
- Op 10 september 2013
Op 6, 7 en 8 september jl. hebben 4 leden van Tandje Erbij meegedaan aan de 11steden MTB Marathon in, uiteraard, Friesland.
Dit is een drie-daagse MTB marathon van in totaal 430 kilometer door het stille en super afwisselde landschap van de provincie Friesland.
Alle elf Friese steden worden hierbij aangedaan, netzo als bij de schaatseditie.
De organisatie vond dat bij de eerste editie (2012) te veel deelnemers de eindstreep hadden gehaald dus hebben ze het parcours van 2013 met 100 kilometer verlengd. Om het evenement wel veilig te houden was verplicht om te allen tijden een onderkoelingsdeken, een EHBO-kit en ORS (toe te dienen bij uitdroging) bij je te dragen. Ook was het verplicht om je in te schrijven als duo en mocht je nooit verder verwijderd zijn van je partner dan 200 meter. Er deden 94 koppels mee, waarvan 34 raceteams, dus in totaal 188 mountainbikers.
De duo’s van Tandje Erbij bestonden uit:
– Koos Konijn en Rob Stender (tour klassement)
– Kees de Rijk en Pieter-Jan Aries (race klassement)
Tevens wisten we dat onze Belgische fietsvrienden, van Tandje Lager uit Zele, zich ook hadden ingeschreven voor deze Hel van het Noorden. Na een top weekend op de racefiets in Vlaanderen en een zeer geslaagd MTB weekend in De Rijp zagen we er erg naar uit om met Frank, Patrick,
Frank en Jouri een stukkie te fietsen en natuurlijk weer een pintje te drinken.
Zelfs de vrouwen van de mannen, Hilde, Begga en Nadine, zouden zondagmiddag samen met
Olga (van Kees) naar Dokkum komen om ons over de finish te zien komen.
Etappe 1; Dokkum – Burgum (112kilometer)
Kees en ik vertrokken om vrijdagochtend om 9 uur vanuit De Rijp naar Dokkum. Kees had
weer heerlijk voor koffie gezorgd voor in de auto. De rit naar Dokkum zou
ongeveer 2 uurtjes duren en na een kleine tussenstop om te tanken kwamen we
precies om 11 uur Dokkum in rijden. Snel even de auto parkeren en naar de
Bonifatiuskapel lopen om ons te melden. Toen we aan wilde sluiten in de rij met
deelnemers kwamen Koos en Rob ook net aanlopen. Met elkaar hebben we ons
ingeschreven en na de controle of we weldegelijk de onderkoelingsdeken,
EHBO-kit en de ORS bij ons hadden kregen we ons polsbandje om als bewijs van
inschrijving.
het polsbandje:
Na het in ontvangst nemen van de “goodiebag” met een bidon, keycord en fietsshirt van
hoofdsponsor Merida was het inmiddels al 11:30 uur geworden en vonden wij het verstandig om nog even flink wat koolhydraten te nuttigen in het centrum van Dokkum. Net toen we op weg waren naar het centrum liepen we de Belgen tegen het lijf. Na het handenschudden en de gebruikelijke grapjes over het altijd in de luwte fietsen van Frank gingen de Belgen zichzelf omkleden en wij lekker lunchen.
Na de lunch, het was inmiddels al 12:30 uur, hebben wij de auto’s op de parkeerplaats van de organisatie gezet en hebben wij onze fietskleding aangetrokken. Nog even snel de baggage afgeven en op naar de 1e briefing in de Bonifatiuskapel.
Bij de kapel aangekomen bleek de briefing al om 12:30 uur te beginnen i.p.v. 13:00 uur
wat de Belgen ons vertelde. Helaas. We konden nog net de laatst woorden aanhoren die Fokko, de organisator, sprak. Nou ja, zo erg was het ook weer niet. In elke briefing wordt eigenlijk het zelfde verteld. Houd je aan de verkeersregels, en wees vriendelijk. Maar geniet vooral van de Friese gastvrijheid.
Nadat de wethouder van Dokkum nog een woordje deed konden we eindelijk de schoenen in de
pendalen klikken voor de eerste 112 kilometer van de 11stedentocht. Omdat Kees en ik meededen aan de race zouden de laatste 35 kilometer geklokt worden. Het was pittig warm, zo’n 30 graden, dus moest er heel veel gedronken worden.
Gelukkig was er om de 25 kilometer een verzorgingspost ingericht met zowel etenals drinken. Het was een prachtig parcours met mooie “single-tracks” door het bos en mooie sluiproutes van boerderij naar boerderij. Net dat het tijdsvlak zou gaan beginnen, voor Kees en mij, kreeg Kees erg last van de warmte. Hij heeft gestreden als een gladiator en ging minstens 5 keer “dood”. We hebben dus geen goede tijd gereden het eerste tijdsblok. Helaas.
De eerste etappe eindigde in Burgum, een kleinplaatsje voor Leeuwarden. Moe gestreden hebben we onze fietsen in de bewaakte stalling gezet. Naast de fietsenstalling was de plaatselijke sporthal waar onze baggage klaar stond en waar we heerlijk gedouched hebben. Na de douche en een ijskoude cola was Kees gelukkig weer helemaal het mannetje en hebben we het tenten kamp opgezocht welke achter de sportthal was opgezet.
Na het installeren van de bedjes werd het hoog tijd voor de nodige koolhydraten, het was inmiddels al ruim na 20:00 uur. Het pasta buffet was midden in de prachtige dorpskern van Burgum en maar op 5 minuutjes lopen van het tentenkamp. In het plaatselijke restaurant hebben we samen met Rob, Koos en de Belgen genoten van heerlijke pasta’s, verschillende sausen, groenten en verschillende vleessoorten. En uiteraard van een paar lekkere pintjes. Om 22:00 uur was de 2e briefing en de prijsuitreiking van de 1e race etappe. Na nog wat pintjes met onze Belgische vrienden was het inmiddels al bijna 0:00 uur dus de hoogste tijd om in de slaapzakken te kruipen.
Etappe 2; Burgum – Molkwerum (156kilometer)
Om half 7 ging het wekkertje. Na een niet al te beste nachtrust was het slecht wakker
worden. Dus eerst maar even een kleine wandeling naar het restaurantje in het
dorp voor het ontbijtbuffet. Heerlijk koffie!!!!!! Daarna nog een paar
broodjes, een bordje kwark met muesli en een glas jus d’orange. Snel nog even
een bezoekje aan het toilet en dan omkleden voor de start van de 2e
etappe om 08:00 uur.
De 2e etappe zou gelijk met een tijdsblok van 35 kilometer, dus Kees en ik moesten
gelijk scherp zijn. Maar eerst werd er een rondje door Burgum gefietst met de
plaatselijke jeugd op hun wielrenfietsjes voorop. Na het rondje om de kerk ging
de jeugd aan de kant en spatte de kuiten bijna uitelkaar van de adrealine.
Gelijk werd er 40 km/uur gereden en “de meisjes” werden direkt gescheiden van de “jongens”. Kees zat weer vol met “goesting” en nam mij lekker op sleeptouw (omdat ik van de lange adem ben zou ik het grootste gedeelde van het tweede tijdsblok voor mijn rekening nemen).
En toen gebeurde mij iets wat mij de laatste 2 jaren niet gebeurd was. Ik reed lek. Het gat in
mijn achterband was zo groot dat de latex het gat niet kon dichten, dus zat er niets anders op dan te stoppen en de latex eruit te laten lopen en een nieuwe binnenband in te legggen. Wat een smerig klusje is dat zeg.
Alle deelnemers van de race vlogen ons voorbij en zelfs de meeste tourrijders ook. Eerst
Koos en Rob en een paar minuten later ook onze Belgische vrienden. Balend als
een stekker stapten wij na ongeveer 20 minuten weer op de fiets en probeerde
nog wat tijd goed te maken. Maar het eerste kwartier was mijn concentratie
helemaal weg en moest Kees goed opletten dat ik niet de pijltjes voorbij stoof.
Wat natuurlijk wel een aantal keer gebeurde in de haast. Ondanks dat we heel
wat tourrijdeers weer ingehaald hadden, waaronder onze Belgische vrienden,
verloren we toch zeker 20 minuten op onze concurrentie.
Maar nadat we de finish, van het eerste tijdsblok van etappe 2, hadden gepasseerd zagen we dat er nog een aantal race-deelnemers na ons de finish overkwamen. Toch nog een beetje trots……
Moe gestreden lieten we onze bidons weer vullen en namen we wat te eten. En natuurlijk moets PJ weer een plasje plegen. Na een kleine 10 minuten kwamen ook de Belgen bij de verzorgingspost aan en besloten we gezamenlijk de 100 kilometer op te fietsen tot aan het tweede tijdsblok waar Kees en ik weer aan de bak moesten. Het werden een paar gezellige uurtjes waarbij Patrick ons lekker uit de wind hield. In Leeuwarden moesten we voor het eerst onze stempelkaart tevoorschijn halen. Hierna zouden we die dag nog een stempel krijgen in Sneek, IJlst, Sloten en Stavoren.
Een paar kilometer voor Sneek belde Koos ons met de vraag waar we waren. Het was inmiddels al 12:00 uur dus probeerden we elkaar te treffen voor de lunch. We spraken af om in IJlst iets te eten. Dus nog even flink door trappen tegen de wind in met Patrick natuurlijk op kop.
Op een mooi terrasje even lekker wat warms gegeten en een colaatje gedronken. Na ongeveer een half uurtje weer op de fiets voor de laatste 75 kilometer van die dag.
Na een paar uurtjes biken kwamen we bij de start van het tweede tijdsblok van die dag.
Nog ff snel een paar energybars naar binnen duwen en weg waren we. We wilden natuurlijk wel even wat verloren tijd goed maken na die lekke band van de ochtendrace. Het ging erg goed tot dat we in de laatste 10 kilometer toch nog verkeerd reden. Shit. We hebben een bepaalde lus twee keer gereden. Dat betekende dus weer 10 minuten achterstand op onze concurrenten. 2 kilometer voor het einde van het tijdsblok stond organisator Fokko ons op te wachten om
ons de juiste kant op te sturen: “kom op hé jongens, nog maar 2 kilometertjes!!!
De laatste kilometerjes van de tweede dag hebben we lekker uitgefietst tot aan het
tentenkamp iets voorbij Stavoren in het plaatstje Molkwerum. Het tentenkamp was
opgezet op een mooie camping in de onderdijk van het Ijselmeer. Bij binnenkomst
kregen we 50 cent voor de douche. Daar hebben we maar gelijk gebruik van
gemaakt nadat we onze fietsen weggezet hadden, onze tassen opgehaald hadden en
een tentje uitgezocht hadden.
Toen we, weer heerlijk schoon, de douchehokjes verlieten zagen we dat de Belgen ook
inmiddels gearriveerd waren en lekker op
het terras aan een bolleke met Affligem Dubbel. Een sprintje naar de tent en
een nog sneller sprintje terug naar het terras om ook zo’n heerlijke Affligem
Dubbel te nuttigen.
De camping eigenaar had een fantastisch pasta buffet gemaakt met diverse sausen,
spinazie, kip en salades. En uiteraard een heerlijk toetje. Na het buffet nog
een pilsje en naar de briefing voor de volgende dag luisteren. Op het grote
projectie scherm konden Kees en ik zien dat we op plek 20 stonden van de 34
racekoppels. Als we een halfuur van onze tijd aftrokken zaten we zeker bij de top
15. Nou ja, gewoon morgenochtend maar weer buffelen. 22:00 uur tentje opzoeken,
oordoppen in en maffen.
Etappe 3; Molkwerum – Dokkum (162kilometer)
Na een goede nacht voor Kees en weer een niet al te best nacht voor mij ging de wekker
weer om 06:30 uur. Er waren al heel wat bikers wakker en je kon horen dat een aantal van hen zich al aardig thuis begon te voelen in hun tentje. De scheten vlogen je om de oren.
Het regende al een beetje en we wisten inmiddels, dankzij buienradar, dat het s’ochtends erg slecht zou gaan worden. Regen, veel (tegen)wind en maar 15 graden. Dus 15 graden verschil met vrijdag.
Na het aankleden eerst maar even genieten van een goed ontbijt. De camping eigenaar had het wederom perfect voor elkaar. Verse jus d’orange, vers fruit, bruin en wit brood, verschillende soorten beleg, kwark, diverse soorten muesli en natuurlijk koffie en thee.
Om 08:00uur zou de start zijn. De wedstrijdrijders zouden 5 minuten eerder vertrekken met een vliegende start voor het eerste tijdsblok van de zondag. We stonden inmiddels al in de stromende regen te wachten tot het start schot zou klinken.
Na het startschot werd er direkt weer 40 km/uur gereden en brak het peloton in 3
stukken. Het opspattend water vloog je om je oren en hierdoor was het zicht
zeer minimaal, maar wel spannend. Omdat Kees en ik achteraan waren gestart
hadden wij moeite om bij de tweede groep te komen, maar door goed kop over kop
te rijden konden wij nog net aansluiting vinden bij de tweede groep. Na 10
kilometer fietsten we vooraan in de tweede groep en deden wij het kopwerk. We
wilden absoluut een goede tijd neerzetten en beetje bij beetje moesten onze
concurrenten onze wielen lossen. We reden goed kop over kop en door goed samen
te werken bij het klimmen over de hekken konden we, ongeveer 5 kilometer voor het einde van het tijdsblok, wegrijden bij de laatste overgebleven concurrenten. De laatste twee
kilometer naar Bolsward hadden we volledig tegenwind maar gingen we nog eenmaal
volledig tot het gaatje.
Moe, zeiknat, maar zeker van een goede tijd kwamen we aan bij de controle post in Bolsward en konden we even rustig iets eten en drinken. Lang hebben we niet gewacht want we kregen het snel erg koud. Op naar Harlingen.
Het stuk tot aan Harlingen zou een “koude” hel worden. We waren inmiddels door en door
nat geworden van de regen en met de flinke windkracht 6 tegen konden we ons
slecht warm fietsen. En dan was het ook nog eens het saaiste stuk van de afgelopen
dagen. Het werd enorm afzien maar na ongeveer anderhalf uur fietsen bereikten
we de stempelpost in Harlingen.
De stempelpost/verzorgingspost stond op een open plek en het was er gruwelijk
koud. Kees begon na een minuut al te ‘shaken’ van de kou dus besloten we om nog
maar een uurtje door te fietsen tot Franeker om daar een warme maaltijd te
nuttigen.
Organisator Fokko stond ook bij de verzorgingspost en vertelde ons dat de het laatste
tijdsblok uit de wedstrijd was gehaald omdat wedstrijdorganisatie het niet
verantwoord vond om met dit weer en hierdoor zeer gladde wegen nog een tijdsblok
van start te laten gaan. Maar, vertelde Fokko, de tocht werd absoluut niet
ingekort. De 162 kilometer bleef 162 kilometer.
Op het moment dat we Franeker inreden begon het droog te worden en verdwenen de wolken
om voorzichtig plaats te maken voor een paar zonnestralen.
Eerst even stempelen en daarna snel naar het restaurant achter de stempelpost. Totaal
verkleumd van de kou vroegen we, voorzichtig, aan de bediening of we wel binnen
mochten komen met onze zeiknatte kleding. “Geen probleem, waar willen jullie
zitten? Bij de openhaard? Ik heb hem net aangestoken.” zei de gastvrije Fries.
Ongelovelijk!!!!!! We zagen eruit alsof ze klaar waren met Parijs-Roubaix. Zeik
nat en zwart van de prut.
We gingen lekker bij de openhaard zitten en trokken onze natte kleding uit om
daarna weer droge kleding aan te trekken. Handschoenen en schoenen zette we zo
dicht mogelijk bij de openhaard om weer een beetje te drogen. Op dat moment
zagen we Rob en Koos bij de stempelpost aankomen. Snel riepen we ze naar binnen
om ook lekker warm te worden.
We bestelden alle vier een lekkere kop hete soep. Koos en Rob namen hierna nog een
lekkere uitsmijter en Kees en ik een huisgemaakte hamburger met friet. Toen we
lekker van het hoofdgerecht zaten te genieten kwamen ook de Belgen bij de
stempelpost aan. Zij wilden liever doorrijden en zeiden jullie halen ons straks
wel weer in. Ze dronken nog even snel een colaatje en stapten weer op de fiets.
Na een halfuur waren we weer helemaal klaar voor de laatste 80 kilometer van de
elfstedentocht. Inmiddels was het prachtig weer geworden en hadden we er weer
zin in. We bedankten de bediening voor hun heerlijke gerechten en hun
ongelovelijke gastvrijheid en stapten weer op onze fietsen. Op naar Dokkum voor
onze laatste stempel en het zwaar bevochten elfstedenkruisje.
Na ongeveer een uur fietsen kwamen we aan bij het buitendijkse gebied boven
Marrum. Dit gebied stroomt elk jaar rond eind oktober/begin november onder water.
Jullie moeten dit gebied kennen van de paarden reddingsactie van november 2006.
De paarden werden ingesloten door het zeer snel stijgende water en konden niet
meer naar de wal komen. Verschillende reddingsacties mislukten tot dat Friezin
Micky Nijboer op het idee kwam een nieuwe reddingspoging uit te voeren
gebaseerd op het natuurlijke gedrag van paarden. Omdat paarden kuddedieren
zijn zouden indien de leidende merrie gehalsterd en naar de wal geleid kon
worden, de overige paarden wellicht volgen. Bij deze reddingsactie werden er op
3 november zes paarden met amazones gebruikt, vier in het water en
twee op het land. Het halsteren van de leidende merrie bleek niet nodig, de
opgesloten kudde volgde als vanzelf de amazones toen die zich erbij hadden
gevoegd. Er werd naderhand in de media gesproken van ‘lokpaarden’. Na ongeveer
15 minuten hadden alle paarden het vaste land bereikt. Van de 227 paarden
overleden er 25 door verdrinking, onderkoeling of longontsteking.
Net op het moment dat we het prachtige buitendijkse gebied uit fietste zagen we de
Belgen weer rijden. Nadat iedereen weer van elkaar wist hoe het ging met
fietsen, kozen wij, (Koos, Kees, Rob en ik) ervoor om door te rijden omdat de
belgen even wilden pauzeren bij de plaatselijke kroeg. Het terrein werd nu afwisselend
verhard en onverhard. Op de onverharde gedeeltes werd het aardig aanpoten door
de inmiddels intredende vermoeidheid, maar op de verharde gedeeltes konden we
nog aardig tempo trappen door kop over kop te fietsen.
Met nog een anderhalf uur te fietsen tot aan de finish in Dokkum, kwamen we langs een
boerderij waar een bordje langs de weg stond met “Thee Tuin is geopend”. Kees
zijn bidons waren leeg dus stopte wij om even wat te gaan drinken in de mooie
tuin. Een ouder echtpaar, beide van rond de tachtig jaar oud, waren zeer
gastvrij en benieuwd wat we aan het doen waren en waar we vandaan kwamen. We
bestelden allemaal een lekker bakkie koffie en een glas fris (wat appelsap
bleek te zijn).
We zaten nog 10 minuten en daar fietsten de Belgen langs. Na flink wat geroep en
geschreeuw kwamen ze terug en keken hun ogen uit waar wij nu weer zaten. Hier
hadden ze nog nooit van gehoord. De foto toestellen kwamen weer te voorschijn
om alles op de gevoelige plaat vast te leggen.
Nadat de Belgen hun appelsap en sommige een “pintje” op gedronken hadden moesten we uiteraard nog even betalen. €12,00!!!!!!!!!
We besloten om de laatste anderhalf uur lekker bij elkaar te blijven om gezamelijk over de finish te rijden. De anderhalf uur vlogen voorbij doordat we lekker aan het ouwehoeren waren over de afgelopen dagen en uiteraard over de plannen die we hebben afgesproken voor de komende maanden. De Belgen willen heel graag nog een keer naar De Rijp komen om te schaatsen. Ook
hebben we Super-Sunday op Texel nog op het programma staan in februari 2014.
Wij, van Tandje Erbij, hebben aangegeven dat we graag volgend jaar willen terugkeren naar Zele voor de Ronde van Vlaanderen.
Plannen genoeg dus…………..
En toen reden we Dokkum in, na drie dagen prachtige single-tracks, mooie dijken, adembenemende vergezichten, en zeer veel hekken, gezien te hebben. Moe maar zeer voldaan werden we nog even langs de mooie plekjes van Dokkum geleid.
Bij de finish stonden de vrouwen van de Belgen samen met Olga ons op te wachten. Onder luid gejuich reden we met zijn allen de finish over. Direkt na het laatste stempeltje werd het elfsteden kruisje overhandigd. Ook kregen we een leuk tegeltje met daar op gedrukt het elfsteden
kruisje en alle namen van de elf Friese steden. Tevens kregen we, toen we de finish over kwamen, een heerlijke Dokkumer delicatesse.
Een soort pudding broodje maar dan anders…… Samen met een door Olga
meegebrachte Beemster Tripel was dit heerlijk genieten. Na nog een paar
“pintjes” namen we afscheid van de Belgen en gingen we onze kleding ophalen en
nog even snel douchen om daarna af te reizen naar het mooiste dorp van Holland.
Het was een pracht weekend geweest, tot volgend jaar.
Pieter-Jan Aries